Status van internettoepassing ophalen
Belangrijk
Deze versie van Orchestrator heeft het einde van de ondersteuning bereikt. U wordt aangeraden een upgrade uit te voeren naar Orchestrator 2019.
De activiteit Status van internettoepassing ophalen controleert de beschikbaarheid van een internettoepassingsserver. U kunt de beschikbaarheid controleren van een webserver (HTTP), Email (SMTP), Email (POP3), FTP, DNS of aangepaste server. U kunt een server ook zo configureren dat deze beschikbaar is na een stroomstoring of opnieuw opstarten.
De activiteit Status van internettoepassing ophalen configureren
Gebruik de volgende informatie om de activiteit Status van internettoepassing ophalen te configureren.
Notitie
U kunt geen afzonderlijke beveiligingsreferenties instellen voor deze activiteit. Het wordt uitgevoerd onder het serviceaccount dat is geconfigureerd voor de Runbook-service op de Runbook-server waarop het exemplaar van de activiteit wordt uitgevoerd. Dit account moet gemachtigd zijn om toegang te krijgen tot de resources en de acties uit te voeren die voor deze activiteit zijn vereist.
Tabblad General
| Instellingen | Configuratie-instructies |
|---|---|
| Naam | Voer een beschrijvende naam in voor de activiteit. |
| Beschrijving | Voer een gedetailleerde beschrijving in van de acties van de activiteit. |
| Type | Selecteer het type dat overeenkomt met de server die u wilt bewaken. De volgende opties zijn: - Web (HTTP) - E-mail (SMTP) - E-mail (POP3) -FTP -DNS - Aangepast Configuratie-instructies voor elk tabblad Details worden weergegeven in de volgende tabellen. |
Tabblad Details van web (HTTP)
| Instellingen | Configuratie-instructies |
|---|---|
| URL | Voer de URL in die wordt gebruikt om contact op te maken met de webserver. |
| Poort | Selecteer om een poort op te geven die moet worden gebruikt om verbinding te maken met de webserver. De standaardpoort is 80. |
| Timeout | Voer het aantal seconden in dat moet worden gewacht op een reactie van de webserver. Als de time-out verloopt zonder een reactie, wordt de server als niet-beschikbaar beschouwd. |
| Controleer of de pagina deze tekenreeks bevat | Selecteer en voer een tekenreeks in die u wilt zoeken wanneer de pagina wordt opgehaald van de webserver. Wanneer deze optie is geselecteerd, wordt de server alleen als beschikbaar beschouwd als de tekenreeks kan worden gevonden op de pagina die is opgegeven door de URL. |
| Zoeken is hoofdlettergevoelig | Selecteer deze optie om de tekenreeks hoofdlettergevoelig te maken. |
Tabblad Details van Email (SMTP)
| Instellingen | Configuratie-instructies |
|---|---|
| Computer | Voer de naam in van de computer waarop de SMTP-server zich bevindt. U kunt ook naar de computer bladeren met behulp van de knop met het beletselteken (...) . |
| Poort | Selecteer om een poort op te geven die moet worden gebruikt om verbinding te maken met de SMTP-server. De standaardpoort is 25. |
| Timeout | Voer het aantal seconden in dat moet worden gewacht op een reactie van de server. Als de time-out verloopt zonder een reactie, wordt de server als niet-beschikbaar beschouwd. |
| Test-e-mail verzenden | Selecteer om een test-e-mail te verzenden met behulp van de SMTP-server. Wanneer deze optie is geselecteerd, wordt de server alleen als beschikbaar beschouwd als het e-mailbericht naar de server kan worden verzonden. |
| Aan | Voer het adres in waarnaar u het e-mailbericht wilt verzenden. |
| Van | Voer het adres in van waaruit het e-mailbericht wordt verzonden. |
Tabblad Details van Email (POP3)
| Instellingen | Configuratie-instructies |
|---|---|
| Computer | Voer de naam in van de computer waarop de POP3-server zich bevindt. U kunt ook naar de computer bladeren met behulp van de knop met het beletselteken (...) . |
| Poort | Selecteer om een poort op te geven die moet worden gebruikt om verbinding te maken met de POP3-server. De standaardpoort is 110. |
| Timeout | Voer het aantal seconden in dat moet worden gewacht op een reactie van de server. Als de time-out verloopt zonder een reactie, wordt de server als niet-beschikbaar beschouwd. |
| Verbinding testen | Selecteer om een gebruikersnaam en wachtwoord te gebruiken om de verbinding met de POP3-server te testen. Wanneer deze optie is geselecteerd, wordt de server alleen als beschikbaar beschouwd als de referenties zijn gebruikt om u aan te melden bij de server. |
| Gebruikersnaam | Voer de gebruikersnaam in die u wilt gebruiken om u aan te melden bij de POP3-server. |
| Wachtwoord | Voer het wachtwoord in dat is gekoppeld aan de gebruikersnaam die u hebt opgegeven. |
Tabblad FTP-details
| Instellingen | Configuratie-instructies |
|---|---|
| Computer | Voer de naam in van de computer waarop de FTP-server zich bevindt. U kunt ook naar de computer bladeren met behulp van de knop met het beletselteken (...) . |
| Poort | Selecteer om een poort op te geven die moet worden gebruikt om verbinding te maken met de FTP-server. De standaardpoort is 21. |
| Timeout | Voer het aantal seconden in dat moet worden gewacht op een reactie van de server. Als de time-out verloopt zonder een reactie, wordt de server als niet-beschikbaar beschouwd. |
| Verbinding testen | Selecteer om een gebruikersnaam en wachtwoord te gebruiken om de verbinding met de FTP-server te testen. Wanneer deze optie is geselecteerd, wordt de server alleen als beschikbaar beschouwd als de referenties zijn gebruikt om u aan te melden bij de server. |
| Gebruikersnaam | Voer de gebruikersnaam in die u wilt gebruiken om u aan te melden bij de FTP-server. |
| Wachtwoord | Voer het wachtwoord in dat is gekoppeld aan de gebruikersnaam die u hebt opgegeven. |
Tabblad DNS-details
| Instellingen | Configuratie-instructies |
|---|---|
| Computer | Voer de naam in van de computer waarop de DNS-server zich bevindt. U kunt ook naar de computer bladeren met behulp van de knop met het beletselteken (...) . Dit veld is niet vereist om de beschikbaarheid van een DNS-server te testen. |
| Poort | Gebruik de standaardpoort 53 om verbinding te maken met de DNS-server. |
| Poort | Selecteer om de poort op te geven die moet worden gebruikt om verbinding te maken met de DNS-server. |
| IP-adres van DNS-tabel testen | Selecteer om een computernaam en het IP-adres op te geven dat aan dat IP-adres moet worden gekoppeld. Wanneer deze optie is geselecteerd, wordt de server alleen als beschikbaar beschouwd als het IP-adres is toegewezen aan de computer die u opgeeft. |
Tabblad Aangepaste details
| Instellingen | Configuratie-instructies |
|---|---|
| Acties | Selecteer Toevoegen of Invoegen om het dialoogvenster Actie-eigenschappen te openen. Configureer de rest van de instellingen die in deze tabel worden beschreven. Tip: Selecteer de knoppen Omhoog of Omlaag om de volgorde van de acties te wijzigen. Selecteer Verwijderen om een actie te verwijderen. Selecteer Bewerken om een actie te bewerken. |
| Poort openen | Voer het poortnummer en de computer in waarop de internettoepassing zich bevindt. |
| Gegevens verzenden | Voer de gegevens in die u naar de internettoepassing verzendt. Als u een bestand wilt opgeven dat de gegevens bevat die u wilt verzenden, selecteert u Gegevens verzenden vanuit bestand. |
| Gegevens ontvangen | Selecteer Publiceren als uitvoeringsgegevens en selecteer de naam van de variabele waarin de ontvangen gegevens worden opgeslagen. Selecteer Gegevens opslaan en geef het Bestand op waarin u de gegevens wilt opslaan die u hebt ontvangen van de internettoepassing. Selecteer de actie die u wilt opgeven in het vak Als het doelbestand bestaat . U kunt Een bestand met een unieke naam maken, Gegevens toevoegen aan het bestaande bestand of Het bestaande bestand overschrijven selecteren. |
| Poort sluiten | U moet de actie Poort openen configureren voordat u deze actie kunt selecteren. |
U kunt een reeks acties gebruiken om een aangepaste internettoepassing te testen die geen deel uitmaakt van de vooraf gedefinieerde lijst. U kunt acties uitvoeren zoals het openen en sluiten van een poort en het communiceren met de internettoepassing door gegevens te verzenden en te ontvangen.
Gepubliceerde gegevens
De volgende tabel bevat de gepubliceerde gegevensitems.
| Item | Beschrijving |
|---|---|
| Computer | De naam van de computer waarop de internettoepassing zich bevindt. |
| Poort | De poort die wordt gebruikt om te communiceren met de internettoepassing. |
| Protocol | Het protocol van de internettoepassing. Bijvoorbeeld HTTP of FTP. |
| Server begroeting | Het begroetingsbericht dat is ontvangen van de internettoepassing. Deze gepubliceerde gegevens zijn alleen beschikbaar in FTP, Email (POP3) en Email (SMTP). |
| Webpagina | De HTML van de webpagina die is opgehaald in de webmodus (HTTP). |
| Ontvangstvariabele 1 | De eerste variabele die wordt opgehaald in de aangepaste modus. |
| Ontvangstvariabele 2 | De tweede variabele die wordt opgehaald in de aangepaste modus. |
| Ontvangstvariabele 3 | De derde variabele die wordt opgehaald in de aangepaste modus. |
| Ontvangstvariabele 4 | De vierde variabele die wordt opgehaald in de aangepaste modus. |
| Ontvangstvariabele 5 | De vijfde variabele die wordt opgehaald in de aangepaste modus. |
| Variabele ontvangen 6 | De zesde variabele die wordt opgehaald in de aangepaste modus. |
| Ontvangstvariabele 7 | De zevende variabele die wordt opgehaald in de aangepaste modus. |
| Variabele ontvangen 8 | De achtste variabele die wordt opgehaald in de aangepaste modus. |
| Ontvangstvariabele 9 | De negende variabele die wordt opgehaald in de aangepaste modus. |
| Variabele 10 ontvangen | De tiende variabele die wordt opgehaald in de aangepaste modus. |