Delen via


Zelfstudie: Tabellen met systeemversie

Van toepassing op: SQL Server Azure SQL Database Azure SQL Managed Instance

systeemtabellen, ook wel tijdelijke tabellen genoemd, kunnen ook rechtstreeks in Azure Data Studio worden geconfigureerd. Als u geen toegang hebt tot systeemversiebeheer, raadpleegt u de tijdelijke tabellen in sql Server-documentatie. Voor systeemversietabellen moeten de puntkolommen zijn gedefinieerd.

Een tabel met systeemversies maken

  1. Maak een tabel met de naam 'Afdeling' met de kolomeigenschappen, zoals hieronder wordt weergegeven. Hiervoor klikt u met de rechtermuisknop op de map Tabellen in het deelvenster Verbindingen en selecteert u 'Nieuwe tabel'. Schakel vervolgens in het deelvenster Tabeleigenschappen het selectievakje Systeemversiebeheer ingeschakeld in. U kunt besluiten om de naam van deze geschiedenistabel te wijzigen of de standaardnaam te laten staan.

    Schermopname van Table Designer waarin wordt getoond hoe u een systeemversietabel maakt.

  2. De periodekolommen ValidFrom en ValidTo zijn standaard ingeschakeld voor tabellen met systeemversies. Het scriptvenster wordt nu bijgewerkt om de T-SQL-versie van deze tabel met systeemversies weer te geven.

    Schermopname van Table Designer waarin wordt getoond hoe u puntkolommen definieert.

Notitie

voor tabellen met systeemversies is een primaire sleutel vereist.

Volgende stap