New-AksHciAutoScalerProfile
Synopsis
Maak een nieuw configuratieprofiel voor automatische schaalaanpassing voor de automatische schaalaanpassing van knooppuntgroepen. Configuratieprofielen voor automatische schaalaanpassing worden opgeslagen op basis van een hybride AKS-implementatie en kunnen opnieuw worden gebruikt in meerdere clusters. Het wijzigen van een profiel heeft invloed op alle clusters die dat profiel gebruiken.
Syntaxis
Een nieuw configuratieprofiel voor automatische schaalaanpassing maken
New-AksHciAutoScalerProfile
-name myProfile
-autoScalerProfileConfig @{ "min-node-count"=2; "max-node-count"=7; 'scale-down-unneeded-time'='1m'}
Beschrijving
Maak een nieuw configuratieprofiel voor automatische schaalaanpassing waarbij het minimumaantal knooppunten wordt ingesteld op 2, het maximumaantal knooppunten op 7 en de tijd dat het systeem wacht totdat overbodige knooppunten weer omlaag worden geschaald naar 1 minuut.
Voorbeelden
Maak een kopie van het standaardconfiguratieprofiel voor automatische schaalaanpassing met een minimumaantal knooppunten van 1 en een maximumaantal knooppunten van 3
New-AksHciAutoScalerProfile -name myProfile -autoScalerProfileConfig @{ "min-node-count"=1; "max-node-count"=3}
Parameters
-Naam
De alfanumerieke naam van het configuratieprofiel voor automatische schaalaanpassing.
Type: System.String
Parameter Sets: (All)
Aliases:
Required: True
Position: Named
Default value: None
Accept pipeline input: False
Accept wildcard characters: False
-autoScalerProfileConfig
Een matrix van de sleutel-waardepaarparameters die moeten worden gewijzigd ten opzichte van de standaardprofielwaarden. Als dit niet is opgegeven, worden de standaardwaarden verondersteld. Zie de documentatie Het profiel voor automatische schaalaanpassing gebruiken om automatische schaalaanpassing van clusters te configureren voor meer informatie. De standaardwaarden voor min-aantal knooppunten is 0 en max-node-count is 1.
Type: Hashtable
Parameter Sets: (All)
Aliases:
Required: False
Position: Named
Default value: 1
Accept pipeline input: False
Accept wildcard characters: False