Logische functies

Logische functies reageren op een expressie om informatie over de waarden of sets in de expressie te retourneren. U kunt bijvoorbeeld de functie ALS gebruiken om het resultaat van een expressie te controleren en voorwaardelijke resultaten te maken.

In deze categorie

Functie Omschrijving
EN Controleert of beide argumenten WAAR zijn en geeft als resultaat WAAR als beide argumenten WAAR zijn.
BITAND Retourneert een bitsgewijze 'AND' van twee getallen.
BITLSHIFT Retourneert een getal dat naar links is verschoven door het opgegeven aantal bits.
BITOR Retourneert een bitsgewijze OR van twee getallen.
BIT.VERSCHUIF. Retourneert een getal dat naar rechts wordt verschoven door het opgegeven aantal bits.
BITXOR Retourneert een bitsgewijze XOR van twee getallen.
COALESCE Retourneert de eerste expressie die niet resulteert in BLANK.
NIET WAAR Retourneert de logische waarde FALSE.
ALS Controleert een voorwaarde en retourneert één waarde wanneer WAAR, anders wordt een tweede waarde geretourneerd.
ALS. ENTHOUSIAST Controleert een voorwaarde en retourneert één waarde wanneer WAAR, anders wordt een tweede waarde geretourneerd. Maakt gebruik van een gretig uitvoeringsplan dat altijd de vertakkingsexpressies uitvoert, ongeacht de voorwaardeexpressie.
ALS.FOUT Evalueert een expressie en retourneert een opgegeven waarde als de expressie een fout retourneert
NIET Wijzigt ONWAAR in WAAR of WAAR in FALSE.
OF Hiermee wordt gecontroleerd of een van de argumenten WAAR is om WAAR te retourneren.
SCHAKELEN Evalueert een expressie op basis van een lijst met waarden en retourneert een van meerdere mogelijke resultaatexpressies.
WAAR Retourneert de logische waarde TRUE.