Delen via


Hardwareprofielen instellen

Geldt voor: Microsoft Dynamics AX 2012 R3, Microsoft Dynamics AX 2012 R2, Microsoft Dynamics AX 2012 Feature Pack

Met hardwareprofielen kunt u voorkeuren en eigenschappen instellen voor een kassa en voor de randapparatuur die aan de kassa is gekoppeld. Voorbeelden van randapparatuur zijn printers voor ontvangstbewijzen of documenten, klantendisplays, magneetstriplezers, geldlades, streepjescodescanners, weegschalen, toetsvergrendelingen, toetsenborden, EFT-hardware en CCTV-camera´s.

Notitie

  • Microsoft Dynamics AX for Retail Headquarters biedt ondersteuning voor OPOS-compatibele hardware. OPOS is een standaard die in de detailhandel wordt gebruikt voor POS-apparaten.

  • U moet een hardwareprofiel toewijzen aan elke set hardware die voor uw kassa´s wordt gebruikt. Als alle kassa´s in een winkel dezelfde randapparatuur gebruiken, moet u slechts één hardwareprofiel toewijzen voor die winkel. Als elke kassa een unieke set randapparatuur heeft, moet u een hardwareprofiel toewijzen aan elke kassa.

Een hardwareprofiel bevat informatie over de hardware die aan de kassa's is gekoppeld. Het hardwareprofiel bevat ook instellingsgegevens voor de randapparatuur. In Microsoft Dynamics AX for Retail POS wordt de OPOS-standaardconfiguratie gebruikt. Het POS-stuurprogramma biedt een gestandaardiseerde manier waarop software randapparatuur van de kassa kan gebruiken.

Hardwareprofielen instellen

  1. Klik op Detailhandel > Instellen > POS > Profielen > Hardwareprofielen.

  2. Klik op Nieuw om een nieuw profiel op te geven, of selecteer een bestaand profiel.

  3. Voer op de volgende sneltabbladen informatie over de desbetreffende hardwareapparaten.

    • Printer: geef de instellingen op voor de printer die wordt gebruikt om ontvangstbewijzen en andere documenten af te drukken voor klanten.

    • Regelweergave: u kunt een optioneel klantendisplay instellen. Op dit display ziet de klant het totaal van de transactie, het te betalen bedrag en eventuele tekstberichten. Het klantendisplay kan ook worden gebruikt voor advertentiedoeleinden.

    • Twee schermen: als er een tweede monitor is ingesteld in een Windows-toepassing, kunt u deze monitor gebruiken als regelweergaveapparaat. Deze monitor kan ook worden gebruikt voor advertentiedoeleinden.

    • MSR: geef de instellingen voor een magneetstriplezer (MSR) op. Met een magneetstriplezer worden de gegevens gelezen die zijn gecodeerd in de magneetstrip op de achterkant van een plastic kaart. De magneetstrip wordt gelezen door de kaart langs de leeskop te halen. Magneetstrips worden vaak toegepast op creditcards, identiteitskaarten en ov-kaarten.

    • Lade: geef de instellingen voor de kassalade op. De kassalade wordt geopend als er een geldig signaal is ontvangen van de computer of kassabonprinter.

    • Scanner: geef de instellingen voor een productscanner op. Omdat er in de detailhandel een voortdurende stroom van verkooptransacties plaatsvindt, werkt het scannen van artikelen in een POS-systeem door kassamedewerkers nauwkeuriger dan het handmatig invoeren van artikelen.

    • RFID: geef de instellingen voor radiofrequentie-identificatie (RFID) op. RFID wordt gebruikt om een artikel te volgen in de voorraad. Het artikel is voorzien van een RFID-chip. Deze chip wordt gedetecteerd wanneer het artikel tussen twee RFID-panelen wordt gehouden. De chip laat een signaal horen waardoor het artikel kan worden gevolgd zonder te worden gefactureerd.

    • Schaal: geef de instellingen voor een weegschaal op. Een weegschaal is een weeginstrument dat aan de POS-hardware wordt gekoppeld. Als u artikelen per gewicht verkoopt, wordt het gewicht van het artikel berekend door een POS-weegschaal en geregistreerd in de kassa.

      Waarschuwing

    U moet de basismaateenheid instellen voor een product dat per gewicht wordt verkocht. Zie Eenheden (formulier) voor meer informatie over het instellen van een basismaateenheid voor een product.

    • Toetsenbordvergrendeling: geef de instellingen voor de toetsenbordvergrendeling op. De instellingen voor de toetsenbordvergrendeling bepalen of de toegang tot de kassa wordt beheerd door een OPOS-toetsenbordvergrendeling of een aanmeldingsdialoogvenster.

    • Toetsenbord: geef de instellingen voor toetsenborden op. Als u een POS-systeem zonder aanraakscherm gebruikt, fungeert het toetsenbord als primaire interface voor het POS-systeem. De complexiteit en technologie van toetsenborden voor een POS-systeem kunnen variëren. Voorbeelden zijn een standaardmodel met 101 toetsen en POS-toetsenborden die speciaal voor een bepaalde bedrijfstak zijn ontworpen. Supermarkten en restaurants kunnen behoefte hebben aan speciale functies die alleen mogelijk zijn met programmeerbare toetsenborden. Bij het selecteren van een toetsenbord moet u letten op het formaat en moet u afwegen of u programmeerbare toetsen wilt.

    • EFT-service: geef de instellingen voor de EFT-hardware op. Gebruik EFT voor elektronisch betalen en innen. EFT is gebaseerd op DNS (Deferred Net Settlement, uitgestelde nettovereffening), waarin transacties batchgewijs en op in bepaald tijdstip worden vereffend.

    • CCTV: geef de instellingen voor een beveiligingscamera op.

    • Contant geld: geef de instellingen voor een contantgeldwisselaar op.

    • Pinapparaat: geef de instellingen voor het pinapparaat op.

Een hardwareprofiel toewijzen aan een kassa

  1. Klik op Detailhandel > Instellen > POS > POS-kassa's.

  2. Selecteer op de lijstpagina POS-kassa's de terminal waaraan het hardwareprofiel moet worden toegewezen.

  3. Klik in het actievenster in de groep Onderhouden op Bewerken.

  4. Selecteer in het formulier POS-kassa's op het tabblad Algemeen het gewenste hardwareprofiel in het veld Hardwareprofiel.

    Zie Registers instellen voor meer informatie over het instellen van een POS-terminal.

Zie ook

Informatie over het instellen van Retail POS

POS-hardwareprofiel (formulier)