Get-AzureSqlDatabaseUsages
Hiermee haalt u de grootte en groottelimiet van een SQL Database op.
Notitie
De cmdlets waarnaar in deze documentatie wordt verwezen, zijn bedoeld voor het beheren van verouderde Azure-resources die gebruikmaken van Service Management-API's. Zie de Az PowerShell-module voor cmdlets voor het beheren van Azure Resource Manager-resources.
Syntax
Get-AzureSqlDatabaseUsages
-ServerName <String>
-DatabaseName <String>
[-Profile <AzureSMProfile>]
[<CommonParameters>]
Description
De cmdlet Get-AzureSqlDatabaseUsages haalt de huidige grootte en groottelimiet van een Azure SQL Database op.
Voorbeelden
Voorbeeld 1: Gebruiksgegevens ophalen voor een SQL Database
PS C:\> Get-AzureSqlDatabaseUsages -ServerName "Server01" -DatabaseName "Database01"
Met deze opdracht wordt de grootte- en groottelimietinformatie opgehaald voor de SQL Database met de naam Database01 op Server01.
Parameters
-DatabaseName
Hiermee geeft u de naam van de Azure SQL Database.
Type: | String |
Position: | Named |
Default value: | None |
Required: | True |
Accept pipeline input: | False |
Accept wildcard characters: | False |
-Profile
Hiermee geeft u het Azure-profiel op waaruit deze cmdlet wordt gelezen. Als u geen profiel opgeeft, leest deze cmdlet uit het lokale standaardprofiel.
Type: | AzureSMProfile |
Position: | Named |
Default value: | None |
Required: | False |
Accept pipeline input: | False |
Accept wildcard characters: | False |
-ServerName
Hiermee geeft u de naam op van de server die als host fungeert voor de Azure SQL Database.
Type: | String |
Position: | Named |
Default value: | None |
Required: | True |
Accept pipeline input: | True |
Accept wildcard characters: | False |