about_Type_Operators

Artikel
05/09/2024

Korte beschrijving

Beschrijft de operators die werken met Microsoft .NET-typen.

Lange beschrijving

De Booleaanse typeoperatoren (-is en -isNot) geven aan of een object een exemplaar is van een opgegeven .NET-type. De -is operator retourneert een waarde van TRUE als het type overeenkomt en een waarde van ONWAAR anders. De -isNot operator retourneert de waarde FALSE als het type overeenkomt en een waarde van TRUE anders.

De -as operator probeert het invoerobject te converteren naar het opgegeven .NET-type. Als dit lukt, wordt het geconverteerde object geretourneerd. Als dit mislukt, wordt geretourneerd $null. Er wordt geen fout geretourneerd.

De volgende tabel bevat de typeoperators in PowerShell.

Operator	Beschrijving	Voorbeeld
`-is`	Retourneert WAAR wanneer de invoer	`(get-date) -is [DateTime]`
	is een exemplaar van de	`True`
	opgegeven .NET-type.
`-isNot`	Retourneert WAAR wanneer de invoer	`(get-date) -isNot [DateTime]`
	geen exemplaar van de	`False`
	specified.NET type.
`-as`	Converteert de invoer naar de	`"5/7/07" -as [DateTime]`
	opgegeven .NET-type.	`Monday, May 7, 2007 12:00:00 AM`

De syntaxis van de typeoperatoren is als volgt:

<input> <operator> [.NET type]

U kunt ook de volgende syntaxis gebruiken:

<input> <operator> ".NET type"

Het .NET-type kan worden geschreven als een typenaam tussen vierkante haken of een tekenreeks, zoals [DateTime] of "DateTime" voor System.DateTime. Als het type zich niet in de hoofdmap van de systeemnaamruimte bevindt, geeft u de volledige naam van het objecttype op. U kunt 'Systeem' weglaten. Als u bijvoorbeeld System.Diagnostics.Process wilt opgeven, voert u [System.Diagnostics.Process], [Diagnostics.Process]of "Diagnostics.Process"in.

De typeoperators werken altijd op het invoerobject als geheel. Dat wil dus dat als het invoerobject een verzameling is, het type verzameling is dat wordt getest, niet de typen elementen van de verzameling.

-is/isNot-operators

De Booleaanse typeoperatoren (-is en -isNot) retourneren altijd een Booleaanse waarde, zelfs als de invoer een verzameling objecten is.

Als <input> een type is dat hetzelfde is als of is afgeleid van het .NET-type, retourneert $Truede -is operator .

Het type DirectoryInfo is bijvoorbeeld afgeleid van het type FileSystemInfo . Daarom retourneren beide voorbeelden Waar.

PS> (Get-Item /) -is [System.IO.DirectoryInfo]
True
PS> (Get-Item /) -is [System.IO.FileSystemInfo]
True

De -is operator kan ook overeenkomen met interfaces als de <input> de interface in de vergelijking implementeert. In dit voorbeeld is de invoer een matrix. Matrices implementeren de interface System.Collections.IList .

PS> 1, 2 -is [System.Collections.IList]
True

-as operator

Als het <input> een type is dat is afgeleid van het .NET Type -aspass through retourneert het invoerobject ongewijzigd. Het type DirectoryInfo is bijvoorbeeld afgeleid van het type FileSystemInfo . Daarom is het objecttype ongewijzigd in het volgende voorbeeld:

PS> $fsroot = (Get-Item /) -as [System.IO.FileSystemInfo]
PS> $fsroot.GetType().FullName
System.IO.DirectoryInfo

Het converteren van het type DateTime is cultuurgevoelig

In tegenstelling tot typecasting werkt converteren naar [DateTime] type met behulp van de -as operator alleen met tekenreeksen die zijn opgemaakt volgens de regels van de huidige cultuur.

PS> [cultureinfo]::CurrentCulture = 'fr-FR'
PS> '13/5/20' -as [datetime]

mercredi 13 mai 2020 00:00:00

PS> '05/13/20' -as [datetime]
PS> [datetime]'05/13/20'

mercredi 13 mai 2020 00:00:00

PS> [datetime]'13/05/20'
InvalidArgument: Cannot convert value "13/05/20" to type "System.DateTime".
Error: "String '13/05/20' was not recognized as a valid DateTime."

Gebruik Get-Member de cmdlet om het .NET-type van een object te vinden. Of gebruik de methode GetType van alle objecten samen met de eigenschap FullName van deze methode. Met de volgende instructie wordt bijvoorbeeld het type geretourneerde waarde van een Get-Culture opdracht opgehaald:

PS> (Get-Culture).GetType().FullName
System.Globalization.CultureInfo

Voorbeelden

In de volgende voorbeelden ziet u enkele toepassingen van de typeoperators:

PS> 32 -is [Float]
False

PS> 32 -is "int"
True

PS> (get-date) -is [DateTime]
True

PS> "12/31/2007" -is [DateTime]
False

PS> "12/31/2007" -is [String]
True

PS> (get-process PowerShell)[0] -is [System.Diagnostics.Process]
True

PS> (get-command get-member) -is [System.Management.Automation.CmdletInfo]
True

In het volgende voorbeeld ziet u dat wanneer de invoer een verzameling objecten is, het overeenkomende type het .NET-type van de verzameling is, niet het type van de afzonderlijke objecten in de verzameling.

Hoewel in dit voorbeeld de Get-Culture cmdlets en Get-UICultureSystem.Globalization.CultureInfo-objecten retourneren, is een verzameling van deze objecten een System.Object-matrix.

PS> (get-culture) -is [System.Globalization.CultureInfo]
True

PS> (get-uiculture) -is [System.Globalization.CultureInfo]
True

PS> (get-culture), (get-uiculture) -is [System.Globalization.CultureInfo]
False

PS> (get-culture), (get-uiculture) -is [Array]
True

PS> (get-culture), (get-uiculture) | foreach {
  $_ -is [System.Globalization.CultureInfo])
}
True
True

PS> (get-culture), (get-uiculture) -is [Object]
True

In de volgende voorbeelden ziet u hoe u de -as operator gebruikt.

PS> "12/31/07" -is [DateTime]
False

PS> "12/31/07" -as [DateTime]
Monday, December 31, 2007 12:00:00 AM

PS> $date = "12/31/07" -as [DateTime]

C:\PS>$a -is [DateTime]
True

PS> 1031 -as [System.Globalization.CultureInfo]

LCID      Name      DisplayName
----      ----      -----------
1031      de-DE     German (Germany)

In het volgende voorbeeld ziet u dat wanneer de -as operator het invoerobject niet kan converteren naar het .NET-type, wordt geretourneerd $null.

PS> 1031 -as [System.Diagnostics.Process]
PS>

Zie ook

about_Operators

Delen via