Delen via


Gedistribueerde implementatie van Operations Manager

 

Van toepassing op: System Center 2012 R2 Operations Manager, System Center 2012 - Operations Manager, System Center 2012 SP1 - Operations Manager

De installatie van gedistribueerde beheergroepen vormt de basis van 99 procent van Operations Manager-implementaties. Deze implementatie maakt de distributie van functies en servers over meerdere servers mogelijk en ondersteunt daarmee schaalbaarheid. De implementatie kan alle Operations Manager-serverfuncties bevatten en ondersteunt de bewaking van apparaten over de grenzen van vertrouwensrelaties door het gebruik van de gatewayserver.

Het volgende diagram toont een van de mogelijke opties voor de topologie van een gedistribueerde beheergroep.

Gedistribueerde beheergroep

Notitie

Er is geen rechtstreekse communicatie tussen een Operations-console en de databases. Alle communicatie gaat naar de bronnengroep via TCP 5724, en vervolgens naar de databaseservers met OLE DB op TCP 1433 of een andere aangepaste poort die door een klant wordt gemaakt. Er is echter wel rechtstreekse communicatie tussen een Application Diagnostics-console (binnen een webconsole) en databases.

Functies van System Center 2012 - Operations Manager

Deze configuratie ondersteunt alle functies van System Center 2012 – Operations Manager en System Center 2012 Service Pack 1 (SP1), Operations Manager:

  • Bewaking en waarschuwingen, gericht voor maximaal 15.000 agents

  • Bewaking buiten de grenzen van vertrouwensrelaties

  • Rapportage

  • Verzamelen van controles

  • Uitzonderingsbeheer zonder agent

  • Agentfailover tussen beheerservers

  • Gatewayfailover tussen beheerservers

  • Clusteren van hoge beschikbaarheid voor databaserollen

Operations Manager-servers

Deze configuratie ondersteunt alle serverrollen van Operations Manager:

  • ACS-collector (Audit Collection Services, oftewel services voor het verzamelen van controles)

  • ACS-database

  • ACS-doorstuurserver (op door agents beheerde apparaten)

  • Gatewayserver

  • Beheerserver

  • Operationele database

  • Operations-console

  • Voor System Center 2012 – Operations Manager: Rapportagedatabase voor SQL Server 2008 R2 of SQL Server 2008 R2 SP1

  • Voor System Center 2012 Service Pack 1 (SP1), Operations Manager: Rapportagedatabase voor SQL Server SQL 2008 R2 SP1, SQL Server 2008 R2 SP2, SQL Server 2012, SQL Server 2012 SP1

  • Rapportagedatawarehouse-database

  • Web Console-server

Beperkingen

Configuraties met één beheergroep bieden geen ondersteuning voor partitioneren. Partitioneren is het scheiden van beheergroepservices in meerdere beheergroepen. In Operations Manager kunt u om de volgende redenen meerdere beheergroepen maken.

Geïnstalleerde talen

Operations Manager-beheergroepen ondersteunen slechts één geïnstalleerde taal. Als de algemene IT-omgeving die u moet bewaken, meer dan één geïnstalleerde taal heeft, is er per taal een afzonderlijke beheergroep nodig.

Geconsolideerde weergaven

Zelfs de grootste gedistribueerde beheergroepimplementatie is niet in elk geval geschikt. U moet dan meerdere beheergroepen implementeren, waardoor uw bewakings- en waarschuwingsgegevens tussen meerdere beheergroepen worden verdeeld. Om één geconsolideerde weergave van uw omgeving mogelijk te maken, kunnen gegevens uit meerdere beheergroepen worden geconsolideerd en in een andere beheergroep worden weergegeven. Zie Connecting Management Groups in Operations Manager (Beheergroepen verbinden in Operations Manager) voor meer informatie.

Functie

U hebt mogelijk afzonderlijke groepen nodig op basis van functie, zoals pre-productie voor het testen van management packs en nieuwe servers, en productie voor het bewaken van dagelijkse bedrijfsprocessen.

Administratieve of andere zakelijke behoeften

Uw bedrijf kan andere administratieve, beveiligings- of zakelijke behoeften hebben waarvoor bewakingsgegevens en administratieve teams volledig moeten worden gescheiden. Daarvoor zijn extra beheergroepen nodig.

Waar deze configuratie het meest voor wordt gebruikt

Gedistribueerde beheergroepen worden het meest gebruikt voor het bewaken van zeer grote pre-productieomgevingen en grote productieomgevingen waarvoor het volgende geldt.

  • Ze omvatten vertrouwensrelaties tussen domeinen en werkgroepen.

  • Ze hebben meerdere netwerkomgevingen die zijn gesegmenteerd met firewalls.

  • Ze hebben een hoge beschikbaarheid nodig.

  • Ze moeten een schaalbare bewakingsoplossing hebben.

Gebruikte poorten

Deze configuratie ondersteunt volledige distributie van functies tussen servers in de beheergroep en bewaking van apparaten buiten de grenzen van netwerken, wat resulteert in een langere lijst met poorten die beschikbaar moeten zijn voor communicatie. Zie Connecting Management Groups in Operations Manager (Beheergroepen verbinden in Operations Manager) voor meer informatie.

Gedistribueerde implementatie

U implementeert System Center 2012 – Operations Manager of System Center 2012 Service Pack 1 (SP1), Operations Manager in een gedistribueerde beheergroep als u schaalbaarheid en hoge beschikbaarheid van uw beheerservers en gatewayservers mogelijk wilt maken. Standaard zijn alle beheerservers lid van de bronnengroep Alle beheerservers, die de bewakingsbelasting van uw beheergroep in evenwicht houdt als er nieuwe beheerservers worden toegevoegd en voorziet in automatische failover voor bewaking.

Een gedistribueerde beheergroep distribueert de verschillende functies van Operations Manager binnen meerdere servers. U kunt bijvoorbeeld de operationele database op een server installeren, de webconsole op een tweede server en de rapportageserver op een afzonderlijke server. Dit wijkt af van een beheergroepinstallatie met één server, waarbij alle functies op één server zijn geïnstalleerd. Zie Implementatie met één server van Operations Manager voor meer informatie.

U kunt een webconsole op een zelfstandige server of op een bestaande beheerserver installeren, maar u kunt de beheerserverfunctie niet installeren op een server die een bestaande webconsole heeft. Als u de beheerserver en webconsole op dezelfde server wilt installeren, moet u beide functies tegelijk installeren of de beheerserver installeren voordat u de webconsole installeert.

Deze sectie van de implementatiehandleiding bevat de volgende onderwerpen: