Beschikbaarheid en consistentie
U bent nu bekend met de architecturen voor hoge beschikbaarheid en herstel na noodgeval in Azure SQL Managed Instance en Azure SQL Database. Als u op de achtergrond werkt met SQL Server, bent u zich er misschien van bewust dat u de beschikbaarheid en consistentie van de database kunt beheren. In deze les leert u hoe u deze taken in Azure SQL uitvoert.
Beschikbaarheid van de database
In Azure SQL Database en Azure SQL Managed Instance kunt u de databasestatus niet instellen op OFFLINE
of EMERGENCY
. Als u er goed over nadenkt, is OFFLINE
niet logisch, omdat u geen databases kunt bijvoegen. Omdat u deze niet kunt gebruiken EMERGENCY
, kunt u geen noodmodusherstel uitvoeren, maar dat hoeft u niet te doen omdat Azure de service beheert en onderhoudt. Andere mogelijkheden, zoals RESTRICTED_USER
en DAC Dedicated Admin Connection (DAC), zijn wel toegestaan in Azure SQL Database.
Accelerated Database Recovery (ADR) is ingebouwd in de engine. Met ADR wordt het transactielogboek agressief afgekapt en wordt er een Persisted Version Store (PVS) gebruikt. Met deze technologie kunt u direct een transactie terugdraaien, waardoor een bekend probleem met langlopende transacties kan worden opgelost. Het zorgt er ook voor dat Azure SQL-databases snel kan herstellen.
In Azure SQL Database en Azure SQL Managed Instance vergroot ADR de algemene beschikbaarheid van databases aanzienlijk. Dit is een belangrijke factor in de SLA. Daarom is ADR standaard ingeschakeld en kan dit niet worden uitgeschakeld.
Consistentie van databases
Zoals u in het begin van deze module hebt geleerd, bestaan er meerdere kopieën van uw gegevens en back-ups, lokaal en in verschillende regio's. Er worden regelmatig integriteitscontroles voor back-ups en herstel uitgevoerd. De detectie van lost write en stale read is ook aanwezig. U kunt DBCC CHECKDB
uitvoeren (geen herstel) en CHECKSUM
is standaard ingeschakeld. In de back-end vindt het automatisch herstellen van pagina's plaats, indien mogelijk, en er is bewaking van waarschuwingen voor gegevensintegriteitsfouten. Als er geen impact is, kunt u dit probleem zonder melding herstellen. Als er sprake is van een impact, wordt er proactieve melding gegeven.