Samenvatting

Voltooid

In deze module bent u vertrouwd geraakt met concepten voor het maken van een Python-programma.

U hebt kennisgemaakt met de print() functie, waarmee u uitvoer op de console kunt weergeven. Vervolgens hebt u variabelen bekeken en hoe u deze kunt gebruiken om waarden op te slaan die u later in de code wilt gebruiken. U hebt geleerd dat een variabele een type moet hebben. Verschillende variabeletypen in Python waarmee u tekenreeksen, getallen en Booleaanse waarden kunt opslaan.

U hebt ook gekeken naar operators die worden gebruikt in rekenkundige bewerkingen en voor het toewijzen van waarden aan operators.