RunVisualStudioTestsusingTestAgent@1 - Taak functionele tests v1 uitvoeren

RunVisualStudioTestsusingTestAgent@1 en de bijbehorende taak (Visual Studio Test Agent Deployment) zijn afgeschaft. Gebruik in plaats daarvan de Visual Studio-testtaak. De VSTest-taak kan zowel eenheidstests als functionele tests uitvoeren. Voer tests uit op een of meer agents met behulp van de taakinstelling voor meerdere agents. Gebruik de Visual Studio Test Platform-taak om tests uit te voeren zonder Visual Studio op de agent nodig te hebben. VsTest-taak biedt ook nieuwe mogelijkheden, zoals het automatisch opnieuw uitvoeren van mislukte tests.

Syntax

# Run functional tests v1
# Deprecated: This task and it’s companion task (Visual Studio Test Agent Deployment) are deprecated. Use the 'Visual Studio Test' task instead. The VSTest task can run unit as well as functional tests. Run tests on one or more agents using the multi-agent job setting. Use the 'Visual Studio Test Platform' task to run tests without needing Visual Studio on the agent. VSTest task also brings new capabilities such as automatically rerunning failed tests.
- task: RunVisualStudioTestsusingTestAgent@1
  inputs:
  # Setup Options
    testMachineGroup: # string. Required. Machines. 
    dropLocation: # string. Required. Test Drop Location. 
  # Execution Options
    testSelection: 'testAssembly' # 'testAssembly' | 'testPlan'. Required. Test Selection. Default: testAssembly.
    #testPlan: # string. Required when testSelection = testPlan. Test Plan. 
    #testSuite: # string. Required when testSelection = testPlan. Test Suite. 
    #testConfiguration: # string. Required when testSelection = testPlan. Test Configuration. 
    sourcefilters: '**\*test*.dll' # string. Required when testSelection = testAssembly. Test Assembly. Default: **\*test*.dll.
    #testFilterCriteria: # string. Optional. Use when testSelection = testAssembly. Test Filter criteria. 
    #runSettingsFile: # string. Run Settings File. 
    #overrideRunParams: # string. Override Test Run Parameters. 
    #codeCoverageEnabled: false # boolean. Code Coverage Enabled. Default: false.
    #customSlicingEnabled: false # boolean. Distribute tests by number of machines. Default: false.
  # Reporting Options
    #testRunTitle: # string. Test Run Title. 
    #platform: # string. Platform. 
    #configuration: # string. Configuration. 
    #testConfigurations: # string. Test Configurations. 
    #autMachineGroup: # string. Application Under Test Machines.

Invoerwaarden

testMachineGroup - Machines
string. Vereist.

Een door komma's gescheiden lijst met FQDN's of IP-adressen van computers, die het poortnummer kunnen bevatten. Het maximum is 32 machines of 32 agents. De lijstitems kunnen zijn:

• De naam van een Azure-resourcegroep.
• Een door komma's gescheiden lijst met computernamen. Voorbeeld: dbserver.fabrikam.com,dbserver_int.fabrikam.com:5986,192.168.34:5986
• Een uitvoervariabele van een vorige taak.

dropLocation - Locatie van testvervalplaatsing
string. Vereist.

Hiermee geeft u de locatie op de testcomputer(s) op waar de binaire testbestanden zijn gekopieerd door een Windows-computerbestand kopiëren of een Azure File Copy-taak . Systeemfasevariabelen van de testagentcomputers kunnen worden gebruikt om de locatie van de neerzetlocatie op te geven. Voorbeelden: c:\tests en %systemdrive%\Tests.

testSelection - Selectie testen
string. Vereist. Toegestane waarden: testAssembly (TestAssembly), testPlan (Testplan). Standaardwaarde: testAssembly.

Hiermee geeft u op hoe tests worden uitgevoerd: met behulp van testassembly's of testplan.

testPlan - Testplan
string. Vereist wanneer testSelection = testPlan.

Hiermee geeft u een testplan op dat al is geconfigureerd voor deze organisatie.

testSuite - Testsuite
string. Vereist wanneer testSelection = testPlan.

Hiermee geeft u een testpakket uit het geselecteerde testplan op.

testConfiguration - Configuratie testen
string. Vereist wanneer testSelection = testPlan.

Hiermee geeft u een testconfiguratie van het geselecteerde testplan.

sourcefilters - Testassembly
string. Vereist wanneer testSelection = testAssembly. Standaardwaarde: **\*test*.dll.

Hiermee geeft u de binaire testbestanden op waarop tests moeten worden uitgevoerd. Jokertekens kunnen worden gebruikt. Bijvoorbeeld **\*test*.dll; voor alle .dll bestanden die de bestandsnaam bevatten test .

testFilterCriteria - Filtercriteria testen
string. Optioneel. Gebruik wanneer testSelection = testAssembly.

Het filter waarmee de tests worden opgegeven die moeten worden uitgevoerd in de testassemblybestanden. Werkt op dezelfde manier als de /TestCaseFilter optie in vstest.console.exe. Bijvoorbeeld: Owner=james&Priority=1.

runSettingsFile - Bestand met instellingen uitvoeren
string.

Hiermee geeft u het bestandspad naar het runsettings bestand of testsettings te gebruiken met de tests.

overrideRunParams - Testuitvoeringsparameters overschrijven
string.

Hiermee geeft u de onderdrukkingsparameters op die zijn gedefinieerd in de TestRunParameters sectie van het runsettings bestand of de Properties sectie van het testsettings bestand. Bijvoorbeeld: AppURL=$(DeployURL);Port=8080.

Notitie

De eigenschappen die in het testsettings bestand zijn opgegeven, zijn toegankelijk via TestContext Test Agent 2017 Update 4 of hoger.

codeCoverageEnabled - Codedekking ingeschakeld
boolean. Standaardwaarde: false.

Hiermee geeft u op of codedekking is ingeschakeld voor de taak.

customSlicingEnabled - Tests distribueren op aantal computers
boolean. Standaardwaarde: false.

Wanneer de waarde van deze booleaanse waarde is ingesteld trueop , worden de tests gedistribueerd op basis van het aantal opgegeven machines in plaats van het aantal testcontainers.

Notitie

Tests binnen een .dll kunnen ook worden gedistribueerd naar meerdere computers.

testRunTitle - Titel van testuitvoering
string.

Hiermee geeft u een naam voor de testuitvoering.

platform - Platform
string.

Hiermee geeft u het platform op waarop de tests moeten worden gerapporteerd. Als u een variabele voor platform hebt gedefinieerd in uw buildtaak, gebruikt u de variabele als de waarde.

configuration - Configuratie
string.

Hiermee geeft u de configuratie aan waarvan de tests moeten worden gerapporteerd. Als u een variabele voor configuration hebt gedefinieerd in uw buildtaak, gebruikt u de variabele als de waarde.

testConfigurations - Configuraties testen
string.

Optioneel. Koppelt een testcasefilter aan een testconfiguratie-id. Syntaxis: <Filter1>:<Id1>;DefaultTestConfiguration:<Id3>. Bijvoorbeeld: FullyQualifiedName~Chrome:12.

autMachineGroup - Toepassing onder Testmachines
string.

Een door komma's gescheiden lijst met machines, uitvoervariabelen of namen van machinegroepen waarop serverprocessen, zoals W3WP.exe, worden uitgevoerd.

Opties voor taakbeheer

Alle taken hebben besturingsopties naast hun taakinvoer. Zie Besturingsopties en algemene taakeigenschappen voor meer informatie.

Uitvoervariabelen

Geen.

Vereisten

Vereiste	Beschrijving
Pijplijntypen	YAML, klassieke build, klassieke release
Wordt uitgevoerd op	Agent
Eisen	Geen
Functies	Deze taak voldoet niet aan eventuele vereisten voor volgende taken in de taak.
Opdrachtbeperkingen	Alle
Instelbare variabelen	Alle
Agentversie	1.104.0 of hoger
Taakcategorie	Testen