Lezen in het Engels

Delen via


Runtimeconfiguratieopties voor WPF

In dit artikel worden de instellingen beschreven die u kunt gebruiken voor het configureren van Windows Presentation Framework (WPF) in .NET.

Notitie

.NET 6 standaardiseert het voorvoegsel DOTNET_ in plaats van COMPlus_ voor omgevingsvariabelen die .NET-runtimegedrag configureren. COMPlus_ Het voorvoegsel blijft echter werken. Als u een eerdere versie van de .NET-runtime gebruikt, moet u nog steeds het COMPlus_ voorvoegsel voor omgevingsvariabelen gebruiken.

Hardwareversnelling in RDP

  • Hiermee configureert u of hardwareversnelling wordt gebruikt voor WPF-apps die worden geopend via Remote Desktop Protocol (RDP). Hardwareversnelling verwijst naar het gebruik van de GPU (Graphics Processing Unit) van een computer om het weergeven van grafische en visuele effecten in een toepassing te versnellen. Dit kan leiden tot verbeterde prestaties en naadloze, responsieve afbeeldingen.
  • Als u deze instelling weglaat, worden afbeeldingen weergegeven door software. Dit komt overeen met het instellen van de waarde op false.
Instellingstype Naam instelling Waarden Versie geïntroduceerd
runtimeconfig.json Switch.System.Windows.Media.EnableHardwareAccelerationInRdp true -Ingeschakeld
false -Handicap
.NET 8
Omgevingsvariabele N.v.t.

Deze configuratie-instelling heeft geen specifieke MSBuild-eigenschap. U kunt echter in plaats daarvan een RuntimeHostConfigurationOption MSBuild-item toevoegen. Gebruik de naam van de instelling runtimeconfig.json als de waarde van het Include kenmerk. Zie MSBuild-eigenschappen voor een voorbeeld.