Een entiteit bewerken

Dit onderwerp is van toepassing op Dynamics 365 Customer Engagement (on-premises). Voor de Power Apps-versie van dit onderwerp, zie: Een entiteit bewerken in Power Apps

U kunt elke aangepaste entiteit bewerken die u maakt. Systeementiteiten of beheerde aangepaste entiteiten kunnen beperkingen hebben over wijzigingen die u kunt maken.

Systeementiteiten zijn alle entiteiten die wordt meegeleverd met uw omgeving. Beheerde aangepaste entiteiten zijn entiteiten die in het systeem door een oplossing te importeren zijn toegevoegd. De mate waarin u deze entiteiten kunt bewerken wordt bepaald door de beheerde eigenschappen die voor elke entiteit zijn ingesteld. Alle eigenschappen die niet kunnen worden bewerkt worden uitgeschakeld. Als u Beheerde eigenschappen voor een entiteit wilt weergeven die in de oplossingsverkenner is geselecteerd, selecteert u Beheerde eigenschappen op de menubalk.

Notitie

Nadat u wijzigingen in een bestaande entiteit opslaat, moet u de aanpassingen publiceren. Meer informatie: Aanpassingen publiceren

Als u entiteiten bewerkt, dan kunt u de volgende metagegevens wijzigingen:

De entiteitsnaam wijzigen

Gebruik de eigenschappen van Weergavenaam en Meervoudsnaam om de naam van de entiteit in de toepassing te wijzigen. De naam van veel systeementiteiten kan echter ook in andere tekst in de toepassing worden gebruikt. Als u tekst waarin deze naam is gebruikt wilt vinden en wijzigen, dan raadpleegt u Systeementiteitsberichten bewerken.

De pictogrammen wijzigen die voor aangepaste entiteiten worden gebruikt

Gewoonlijk hebben alle aangepaste entiteiten in de webtoepassing dezelfde pictogrammen. U kunt afbeeldingswebresources maken voor de pictogrammen die u wilt voor uw aangepaste entiteiten en deze instellen middels de knop Pictogrammen bijwerken op de werkbalk. Er zijn twee grootten van pictogrammen:

  • Pictogram in webtoepassing Dit pictogram moet 16 x 16 pixels groot zijn.

  • Pictogram voor entiteitsformulieren Dit pictogram moet 32 x 32 pixels groot zijn.

    Beide pictogrammen moeten niet groter zijn dan 10 kB. Bestanden met een PNG-indeling met transparante achtergronden worden aanbevolen. Meer informatie: Pictogrammen wijzigen voor aangepaste entiteiten.

Notitie

Dynamics 365 voor telefoons en Dynamics 365 voor tablets geven geen aangepaste pictogrammen voor aangepaste entiteiten weer.

Entiteitopties die alleen kunnen worden ingeschakeld

In de volgende tabel worden de opties opgesomd die u voor een entiteit kunt inschakelen, maar nadat deze items zijn ingeschakeld kunnen ze niet worden uitgeschakeld:

Optie Beschrijving
Bedrijfsprocesstromen Bedrijfsprocesstromen voor deze entiteit maken. Meer informatie: Een bedrijfsprocesstroom maken om processen te standaardiseren
Notes Notities aan records voor deze entiteit toevoegen. Notities hebben de mogelijkheid om bijlagen toe te voegen.
Activiteiten Koppel activiteiten aan records voor deze entiteit.
Verbindingen Gebruik de verbindingenfunctie om te tonen hoe records voor deze entiteit zijn verbonden aan records van andere entiteiten waarvoor ook verbindingen zijn ingeschakeld.
E-mail verzenden (als er geen e-mailveld bestaat, wordt er een gemaakt) Verzend e-mails met een e-mailadres dat is opgeslagen in een van de velden van deze entiteit. Als er nog geen veld Eén tekstregel waarbij indeling is ingesteld op E-mail bestaat voor deze entiteit, dan zal een nieuwe worden gemaakt wanneer u verzending van e-mail inschakelt.
Wachtrijen Gebruik de entiteit met wachtrijen. Wachtrijen maken het doorsturen en delen van werk gemakkelijker doordat records voor deze entiteit beschikbaar zijn op een centrale plaats waartoe iedereen toegang heeft.

Entiteitopties in- of uitschakelen

In de volgende tabel worden de entiteitopties opgesomd die u later op elk moment kunt in- of uitschakelen.

Optie Beschrijving
Primaire afbeelding Systeementiteiten die afbeeldingen ondersteunen zullen reeds een veld Afbeelding hebben. U kunt kiezen of u in dit veld gegevens wilt weergeven als de afbeelding van de record door dit veld op [Geen] of Standaardafbeelding in te stellen.

Voor aangepaste entiteiten moet u eerst een afbeeldingveld maken. Elke entiteit kan slechts één afbeeldingsveld hebben. Als u er één hebt gemaakt, dan kunt u deze instelling wijzigen om de primaire afbeelding in te stellen. Meer informatie: Afbeeldingsvelden.
Afdruk samenvoegen Mensen kunnen deze entiteit met afdruk samenvoegen gebruiken.
Documentbeheer Nadat andere taken zijn uitgevoerd om documentbeheer voor uw organisatie in te schakelen, kan door activering van deze functie deze entiteit deelnemen aan integratie met SharePoint. Meer informatie: SharePoint-integratie instellen
Duplicaatdetectie Als duplicaatdetectie is ingeschakeld voor uw organisatie, dan kunt u door het inschakelen hiervan duplicaatdetectieregels voor deze entiteit maken. Voor informatie over het inschakelen van duplicaatdetectie raadpleegt u Duplicaatdetectieregels in- of uitschakelen voor de hele organisatie.
Snelle invoer toestaan Nadat u een Formulier voor snelle invoer hebt gemaakt en gepubliceerd voor deze entiteit, heeft men de mogelijkheid om een nieuwe record te maken met de knop Maken in het navigatiedeelvenster. Meer informatie: Formulieren maken en ontwerpen

Als dit voor een aangepaste activiteitsentiteit is ingeschakeld, dan wordt de aangepaste activiteit in de groep activiteitsentiteiten zichtbaar wanneer gebruikers de knop Maken in het navigatiedeelvenster gebruiken. Omdat activiteiten echter geen formulieren voor snelle invoer ondersteunen, wordt het hoofdformulier gebruikt wanneer op het aangepaste entiteitspictogram wordt geklikt.
Controle Als controle is ingeschakeld voor uw organisatie, dan kunnen wijzigingen in entiteitsrecords door de tijd heen worden vastgelegd. Als u de controle voor een entiteit inschakelt, dan wordt de controle ook ingeschakeld voor alle velden ervan. U kunt velden selecteren of wissen waarvoor u de controle wilt inschakelen.
Toegangsteams Maak teamsjablonen voor deze entiteit. Meer informatie: Info over teamsjablonen
Inschakelen voor telefoonexpres Maak deze entiteit beschikbaar voor de app Dynamics 365 for phones.
Inschakelen voor mobiel Maak deze entiteit beschikbaar voor de apps Dynamics 365 for phones en Dynamics 365 for tablets. U hebt ook de mogelijkheid om deze entiteit Alleen-lezen in mobiel te maken.

Als de formulieren voor een entiteit een extensie vereisen die niet door Customer Engagement voor telefoons en tablets wordt ondersteund, zoals iFrame of webresourcebesturingselementen, dan gebruikt u deze optie om ervoor te zorgen dat gebruikers van mobiele apps de gegevens voor deze entiteiten niet kunnen bewerken.

Belangrijk: Als u nog niet eerdere een portaloplossing hebt geïnstalleerd, voor het maken van een aanvraag in de Customer Service-hub of voor gebruik van de opdracht Aanvragen samenvoegen, moet u de optie Alleen-lezen in mobiel uitschakelen voor de entiteit Aanvraag.

Zie ook

Een entiteit maken of bewerken (overzicht)